Neuengamme

 

Neuengamme was een Duits concentratiekamp tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het kamp ligt zo'n achttien kilometer ten zuidoosten van Hamburg bij het dorp Neuengamme.


Het kamp werd op 13 december 1938 geopend. Als dependance van Sachsenhausen was het kamp aanvankelijk bedoeld om arbeiders voor de plaatselijke SS-steenfabriek te huisvesten. In juni 1940 werd Neuengamme een zelfstandig concentratiekamp. Het hoofdkamp was 213.000 vierkante meter groot en ving de meeste mensen op.

Neuengamme bezat geen gaskamers of vergelijkbare methoden om mensen massaal van het leven te beroven. Desondanks stierven er meer dan 42.900 mensen door de onmenselijke toestanden in het kamp, waaronder epidemieën en gebrek aan voedsel. Tijdens de oorlog verbleven ongeveer 106.000 mensen in Neuengamme. Het hoogste gevangenisnummer dat in de dodenboeken vermeld staat is 87.067.000.


In geheel Noord-Duitsland lagen nog 92 zogenaamde buitenkampen die bestuurlijk gezien onder Neuengamme vielen. Zelfs op het kanaaleiland Alderney was een buitenkamp. Deze buitenkampen hadden vaak maar een kort bestaan. In 1944 functioneerden er zestig gelijktijdig.

 

De mensen in de kampen, afkomstig uit zo'n 28 landen, waren veelal krijgsgevangenen, gijzelaars, verzetsstrijders, Joden, Roma en Sinti, homoseksuelen en Jehova's getuigen.

Bij aankomst moesten alle persoonlijke bezittingen worden afgegeven. Vervolgens werd al het lichaamshaar afgeschoren en kreeg men een nummer op een zinken plaatje dat om de nek gedragen moest worden. De SS probeerde de morele en psychische weerstand van de gevangenen te breken door hen in vernederende omstandigheden te laten leven en werken. De barakken waren overvol, sanitaire voorzieningen waren ontoereikend en enige privacy was er niet. Men kreeg onvoldoende voedsel en moest zware arbeid verrichten. De dag was zo strikt ingedeeld dat er nauwelijks een vrije minuut overbleef.

In de zomer van 1944 werden veel vrouwelijke ingezetenen van Auschwitz met hun Aufseherinnen (onder anderen Käthe Becker, Erna Dickman en Angelika Grass) naar Neuengamme gezonden. Slechts een handvol van deze opzichters werd na de oorlog in Neurenberg berecht.

 


Uit België werden ongeveer 5.000 gevangenen naar Neuengamme gedeporteerd.

Meestal ging het om politieke gevangenen die vanwege 'anti-Duitse' handelingen waren opgepakt, geen gevolg wilden geven aan Duitse bevelen of actief waren in het verzet.

De Belgen waren meestal eerst opgesloten in het Fort van Hoei of in het kamp van Breendonk. Na Operatie Sonnenwende kwam op 24 september 1941 een eerste treinkonvooi uit België aan met 256 politieke gevangenen. In Aarlen werden 40 inwoners als gijzelaars opgepakt en naar Neuengamme gevoerd. Bij razzia's in de gemeente Meensel-Kiezegem werden alle mannen als represaillemaatregel opgepakt. De meesten kwamen om.


Op 19 november 1941 arriveerden de eerste 270 Nederlanders in Neuengamme. Vast staat dat in 21 rechtstreekse transporten, meestal vanuit Amersfoort, 3.084 Nederlanders naar Neuengamme werden getransporteerd. Het totaal aantal Nederlanders dat in Neuengamme werd ondergebracht, wordt geschat op 6950. Onder hen honderden vroeg in de oorlog gearresteerde communisten, anti-Duitse politiemensen en 601 mannen van de vergeldings-razzia van Putten. Volgens de dodenboeken kwamen minimaal 3500 Nederlanders in Neuengamme om. Het aantal omgekomenen ligt ongetwijfeld hoger. Omdat vrijwel de gehele kampadministratie is vernietigd, is het moeilijk om de juiste aantallen vast te stellen. Het is zeker dat 613 Nederlanders Neuengamme hebben overleefd.

Tot de Nederlanders die in Neuengamme omkwamen, behoren Felix van der Stok (broer van Bram van der Stok, oorlogsvlieger van Oranje), Willem Niemeijer, Jan van Duinen, Hendrik Bazuijnen (op 19 november 1941 aangekomen met de eerste groep Nederlanders, overleden op 22 april 1942), James van Beusekom, Jan Campert, Jan van Hout, Willem Idenburg, Johannes Petrus Lijding, Rudolf Tappenbeck, Rein Boomsma, Sybrand Marinus van Haersma Buma, Anton de Kom (die in het buitenkamp Sandbostel overleed), Gerrit Kroon (Sandbostel), Johannes Rijpstra (die in het buitenkamp Hamburg-Hammerbrook omkwam), Abraham Ledeboer, Jo Lokerman en Binne Roorda (overleed eveneens in Sandbostel). Het Tweede Kamerlid Louis de Visser (CPN) overleefde het kamp, maar kwam om bij het geallieerde bombardement op het schip Cap Arcona. Ook de latere journalist W.L. ("Boebie") Brugsma overleefde Neuengamme. Andries van Dantzig, die later psychiater zou worden, behoorde tot de overlevenden van het buitenkamp in Schwesing bij Husum. Hij zou in 2005 het eerste exemplaar in ontvangst nemen van een boek over de Nederlanders in het kamp.

Ook de Duitse tandarts Fritz Pfeffer overleed in Neuengamme. Pfeffer was in het Achterhuis.

Op 20 april 1945 werden de Eindhovense broertjes Edo en Lexje Hornemann samen met 18 andere kinderen en hun begeleiders (onder meer de Nederlandse Dirk Deutekom en Anton Holzel) vermoord in de school aan de Bullenhuser Damm in Hamburg, een buitenkamp van Neuengamme. Voorafgaand aan deze moorden werden er medische experimenten uitgevoerd op de kinderen.


Vanaf 20 april 1945 werden duizenden gevangenen van Neuengamme in schepen geladen, waaronder de Cap Arcona en de Thielbek en achtergelaten in de baai van Lübeck. Op die manier probeerden de nazi's het bewijs dat het concentratiekamp had bestaan te verdoezelen. De geallieerden, die de schepen aanzagen voor troepentransportvaartuigen, brachten de schepen op 3 mei 1945 tot zinken, waarbij naar schatting 7000 tot 8000 mensen omkwamen. Velen die de oever wisten te bereiken werden door de SS neergeschoten.

Op 4 mei 1945 werd Neuengamme door de geallieerden bevrijd.


Na de oorlog werd Neuengamme gebruikt om leden van de SS, Wehrmachtsoldaten en leden van de nazipartij te interneren. Later werd door de justitiële overheid een strafgevangenis op het kampterrein gebouwd.

In februari 2021 werd de voormalige kampbewaker Karl Berger (95 jaar oud) op last van de rechter aangehouden en voor berechting overgebracht naar Duitsland. Hij was na de oorlog gevlucht naar Tennessee, Verenigde Staten.

Lijst namen gevangenen:

 

A

  •  
  • Willem Adolfs‎

B

  •  
  • Jakub Bodziony‎
  •  

C

  •  
  • Czesław Centkiewicz‎ 
  • Honoré Commeurec‎ 

D

  •  
  • René Delbrouck‎ 

K

  •  
  • Stanisław Kazimierczak‎ 
  •  Pieter Keg‎ 
  •  Anton Kortlandt

L

  •  
  • Julien Lahaut‎ 
  •  Jerzy Lgocki‎ 

M

  •  
  • Mieczysław Morawski‎ 
  •  Joseph Mouden‎ 

N

  •  
  • Mieczysław Niedzielski‎
  •  Sebastiaan van Nooten‎

O

  •  
  • Antoni Stefan Olszewski‎ 

P

  •  
  • Fritz Pfeffer

  • Eugène Pons‎ 

S

  •  
  • Friedrich Schwarz

T

  •  
  • Johann Trollmann‎

V

  •  
  • Albert Van den Berg‎ 

W

  •  
  • Wincenty Spaltenstein
  •  Walerian Wróbel‎ 
  •  Sławomir Wyszkowski‎

Z

  •  
  • Karol Ziemski‎ 

 

 

In 1942 begonnen de wapenindustrie en het Reichsministerium van Bewapening steeds meer concentratiekampgevangenen als arbeiders in te zetten. Als gevolg hiervan werden veel satellietkampen van concentratiekamp Neuengamme opgezet in de buurt van fabrieken en bouwplaatsen. De meeste hiervan werden opgericht in het laatste oorlogsjaar. In 1945 waren er 85 satellietkampen van concentratiekamp Neuengamme gebouwd in heel Noord-Duitsland. In maart 1945 zaten er ongeveer 13.000 mannen opgesloten in het hoofdkamp en nog eens ongeveer 28.000 mannen en meer dan 1.000 vrouwen in de satellietkampen die werkten voor de industrie, de Wehrmacht, de Duitse staat en de SS.

Het concentratiekamp Neuengamme had meer dan 60 satellietkampen voor mannen. Tienduizenden mannen uit heel Europa werden gedwongen om in deze kampen te werken om wapens te produceren; bunkers, verdedigingsposities, industriële locaties en ondergrondse productiefaciliteiten te bouwen; en om puin te ruimen en straten te repareren. De werkomstandigheden konden sterk variëren, net als de omstandigheden in de vaak voorlopige woonverblijven, maar ze waren desalniettemin catastrofaal vanwege de zware arbeid en de terreur van de SS.

In de 24 satellietkampen voor vrouwen die in 1944 en 1945 tot het hoofdkamp Neuengamme behoorden, moesten vrouwelijke gevangenen werken in wapenfabrieken boven en onder de grond, puin ruimen en provisorische huisvesting bouwen. Acht kampen bevonden zich binnen de stadsgrenzen van Hamburg. De vrouwen kwamen uit de Sovjet-Unie, Tsjecho-Slowakije, Hongarije, Polen, Slovenië, Frankrijk, België, Nederland en Duitsland. Minstens 100 vrouwen uit de satellietkampen van Neuengamme overleefden de oorlog niet. Ze stierven als gevolg van slechte leef- en werkomstandigheden in de kampen, of ze werden overgebracht naar concentratiekamp Bergen-Belsen, waar ze kort voor het einde van de oorlog stierven.

 

Lijst Nederlandse slachtoffers

 

Jan Steenkamp (????-????)
Johanna Maria de Vries (????-????)
Wolter Aalders (1896-1942)
Hendrikje van der Beldt (1920-1945)
Johanna Willemina over de Linde(n) (1920-1945)
Alphonsus Josephus Petrus Aarnoutse (1920-1945)
Pieter Aartsen (1894-1944)
Hendrik Jan Aberson (1916-1943)
Christiaan Josephus Maria Adams (1923-1944)
Hendrikje Derks (1922-1945)
Boris Lerond (1912-1944)
Roelof Appelhof (1914-1945)
Tjalling van Arkens (1908-1942)
Leendert Arlman (1921-1944)
Harm Assies (1918-1945)
Jan Assies (1910-1945)
Gerrit Roelf Assies (1888-1945)
Jans Assies (1888-1945)
Jans Assies (1888-1945)
Jan Hendrik Assink (1913-1944)
Cornelis Baars (1902-1944)
Louis Adriaan Baijle (1902-1943)
Wilhelmus Balduk (1896-1945)
Willem Abraham Baud (1923-1945)
Jan Bax (1898-1945)
Harmen van Beek (1902-1945)
Evert Jan van Beek (1917-1944)
Theo Monteban (1917-1944)
Harmen van Beek (1902-1945)
Evert Jan van Beek (1917-1944)
Harmen van Beek (1902-1945)
Gerrit van der beek (1869-????)
Hendrik Beeke (1920-1945)
Izaak Johannes Beijk (1922-1944)
Joannes Beijleveld (1916-1945)
Cornelis van den Berg (1906-1942)
Jan van den Berg (1898-1945)
Jan van den Berg (1897-1945)
Christiaan van den Berg (1913-1945)
Leendert van den Berge (1897-1944)
Adriaan Diederik van Bergeijk (1890-1945)
Maria Lucretia van Utenhove (1882-1945)
Hinderkien Beuker (1882-1945)
Hendrik Gerrits Blees (1882-1945)
Janny Raven (1882-1945)
Hendrik Beuker (1882-1945)
Geertien Brink (1882-1945)
Christiaan Beusman (1882-1945)
Hendrik Beuker (1882-1945)
Jan Hendrikus Beute (1891-1945)
Jaap Rijn Bezaan (1920-1945)
Jaap Carel Fredrik Biekart (1916-1944)
Johannes Adrianus Bierman (1910-1945)
Arie Bijl (1908-1945)
Egbert van der Bijl (1923-1944)
Jasper van der Bijl (1924-1945)
Jacobus Albertus van Blanken (1903-1945)
Adrianus Blankestijn (1907-1944)
Franciscus Arnoldus Blauw (1919-1945)
Abraham Blok (1901-1945)
Cornelis Blokland (1924-1945)
Otto Blouw (1915-1943)
Jan Boelens (1924-1945)
Elias Boelhouwer (1897-1945)
Hermannus Christianus Boerland (1893-1945)
Gédéon Jérémie Boissevain (1903-1945)
Albert Bokhorst (1909-1945)
Maas Bokhorst (1924-1945)
Reinder Boomsma (1879-1943)
Jantje Sietses Scheidema (1879-1943)
Reinder Boomsma (1879-1943)
Durk Boonstra (1923-1944)
Abraham Born (1896-1945)
Gerrit Jan Bornebroek (1882-1942)
Hindrik Bos (1923-1944)
Petrus van den Bos (1905-1945)
A Hazelaar (1905-1945)
Gijsbert Bloemendaal (1924-1945)
Maarten Human Bosland (1924-1945)
Johannes Bouwmeester (1912-1945)
Lubbe Boxem (1893-1945)
Hendrik ten Braak (1897-1944)
Berneardus Hermanus Braakman (1914-1944)
Sander van Brandwijk (1914-1945)
Franciscus Gerrit Brans (1909-1945)
Antonius Leonardus Franciscus Brikkenaar van Dijk (1893-1944)
Antonius Leonardus Franciscus Brikkenaar van Dijk (1893-1944)
Johannes van den Brink (1912-1944)
Renger van den Brink (1913-1944)
Arend Jan Brinks (1908-1942)
Antonius Gerardus Broedersz (1908-1945)
Willem Broerse (1924-1945)
Louwrens Broersma (1895-1945)
Wijnand Cornelis Brouwer (1897-1944)
Eduard Jacobus Brouwer (1885-1945)
Wijnand Cornelis Brouwer (1897-1944)
Jacobus Brugman (1896-1944)
Johannes de Bruin (1901-1944)
Dirk Buitenhuis (1920-1944)
Willem Buitenhuis (1908-1945)
Gerrit Buitenhuis (1923-1944)
Tjaarda Gerardus Buning (1911-1945)
Tjaarda Gerardus Buning (1911-1945)
Albert Hendrik Cabuy (1894-1945)
Johan Remco Theodore Campert (1902-1943)
Jan Remco Theodoor Campert (1902-1943)
Jan Remco Theodoor Campert (1902-1943)
Petrus Remco Campert (1902-1943)
Jan Remco Theodoor Campert (1902-1943)
Christine Johanna Clandrie (1902-1943)
Feico Camphuis (1890-1945)
Christiaan Odo Maria Chabot van Tramecourt (1925-1945)
Victor Maria Willem Chabot van Tramecourt (1920-1945)
Anna de Bitter (1925-1945)
Willem de Virieu (1920-1945)
Maria Gabriela Fernanda d'Orléans-Bragance (1920-1945)
Sandrine Binet (1925-1945)
Hendrik Philippus Clasie (1897-1945)
Karel Hendrik (Hein) Cobben (1925-1944)
Leonardus Cools (1922-1945)
Hendrik Willem Egbert Cramer (1884-1944)
Ijsbrand Andries Baarda (1924-1945)
Nuij van Dasselaar (1901-1944)
Koert Davids (1898-1942)
Lein Davidse (1926-1945)
Lein Davidse (1926-1945)
Andre Charles Dedier (1913-1945)
Christiaan Marinus Deege (1912-1945)
Andre Martien Deelder (1924-1945)
Abraham Dekker (1888-1944)
Wilhelmus Jacobus Demmers (1915-1944)
Josephus Gerardus Johannes Diemel (1915-1944)
Johann Heinrich Diemer (1904-1945)
Johann Heinrich Diemer (1904-1945)
Bientje Reininga (1896-1942)
Gerrit Dieterman (1896-1942)
Biena Hidding (1896-1942)
Aron van Dijk (1915-1942)
Hepke van Dijk (1923-1944)
Matthijs Dijkhuizen (1906-1945)
Jan van Dijkhuizen (1923-1945)
Maria Emma Caroline Welser van Welsersheimb (1902-1944)
Rutger Dinger (1902-1944)
Rutgerus Dinger (1902-1944)
Hendrik Dirkx (1913-1945)
Jan Dobbinga (1924-1944)
Adriaan Does (1900-1945)
Gerrit Donker (1922-1945)
Aalt Dooijewaard (1906-1945)
Mans Dost (1905-1942)
Anna Barelds (1905-1942)
Mans Dost (1905-1942)
Hendrik Prins (1905-1942)
Frouke Broeksema (1905-1942)
Jan Prins (1905-1942)
Mans Dost (1905-1942)
Martend Baas (1905-1942)
Berend Dost (1905-1942)
Willem Dresselhuis (1899-1944)
Arend van Drie (1923-1945)
Gerhardus Johannes van Drie (1901-1944)
Adrianus van Driel (1890-1945)
Johan Driesten (1915-1943)
Albertus Otto Drost (1896-1945)
Eduard Frederik Drost (1923-1945)
Hendrik Johannes Druppers (1890-1942)
Cornelis Druppers (1917-1945)
Wilhelmus van der Duin (1909-1945)
Meinto Edens (1912-1945)
Johannes Jacobus Hendrik van Ee (1906-1944)
Peter Johannes van Eijk (1925-1945)
Nicolaas van den Eijkel (1925-1945)
Johannes Holswilder (????-????)
Maria Cornelia Boom (????-????)
Susanna Maria Boon (????-????)
Dina Johanna Koskamp (????-????)

Jeltje Fleer (????-????)
Catharina van Rossen (????-????)
Maria Tegelaar (????-????)
Elizabet Wilhelmina Zwetsloot (????-????)
Gerardus Meindert van der Kaaij (????-????)
Johannes Bernardus van Halderen (????-????)
Johan van Elk (1921-1945)
Philippe de Tombe (1900-1945)
Jan Gerrit Elting (1909-1945)
Hendrik Gerard van Emous (1927-1944)
Rikkert van Emous (1922-1944)
Hendrikus Johannes Gijsbertus Engelen (1919-1945)
Hendrik Teunis van Engen (1896-1945)
Willem Jacob van Enk (1904-1945)
Cato Gustaaf Oscar Enklaar (1920-1945)
Cato Gustaaf Oscar Enklaar (1885-1945)
Bouke Jacobus Eppenga (1923-1945)
Bouke Jacobus Eppenga (1923-1945)
Pieter Mathijs Erkens (1892-1944)
Augustinus Ermes (1921-1945)
Dominicus Hylarius Ettema (1897-1945)
Dominicus Hylarius Cornelis Ettema (1897-1945)
Dominicus Cornelis Ettema (1897-1945)
Gijsbert Evers (1912-1945)
Izaäk Filippo (1900-1945)
Izaäk Filippo (1900-1945)
Gosse Fraterman (1887-1942)
Gerrit Willem Frederiks (1896-1942)
Wilhelmus Antonius Maria Galjee (1907-1945)
Pieter Gerrit van Gameren (1890-1942)
Bernardus Gerhardus Josephus Geerdink (1907-1945)
Jan Hendrik Charles Gewin (1923-1945)
Steven Gielen (1910-1945)
Anna Maria van den Assem (1922-1945)
Herman de Gier (1921-1944)
Herman de Gier (1921-1944)
Roelof van Ginkel (1900-1945)
Klaas Glim (1892-1944)
Gerhardus Alexander Goldschmeding (1893-1945)
Hendrikus Leonardus Goossens (1910-1945)
Gozem Gritter (1924-1945)
Andries Gritter (1913-1945)
Willem Groen (1918-1945)
Lambertus de Groot (1891-1944)
Hilbert Gunnink (1917-1945)
Jurriën Gunnink (1884-1944)
Arie Haagswoud (1915-1944)
Gerrit Haakmeester (1886-1945)
Neeltje van Eijken (1886-1945)
Arie van Lienen (1886-1945)
Gerard de Haan (1888-1945)
Gerard de Haan (1888-1945)
Gerard de Haan (1888-1944)
Gerard de Haan (1888-1945)
Jan André ter Haar (1894-1945)
Pieter Haatjes Gorter (1903-1942)
Sybrand Marinus van Haersma Buma (1903-1942)
Hak Sytses van Cammingha (1903-1942)
Sybrand Marinus van Haersma Buma (1903-1942)
Living (1903-1942)
Rudolf van Hagen (1898-1945)
Hendrik Hagreis (1919-1945)
Albertus Hahn (1885-1945)
Dirk Martinus Hakkert (1889-1942)
Dirk Martinus Hakkert (1889-1942)
Pieter Hakvoort (1886-1944)
Pieter Klaasz Hakvoort (1886-1944)
Abraham van Hal (1908-1942)
Abraham van Hal (1908-1942)
Sjouke Cornelis Hali (1909-1942)
Marinus Christiaan Hansen (1905-1945)
Petrus Johannes van Haperen (1915-1945)
Johannes den Haring (1904-1945)
Willem Joseph Harmans (1922-1944)
Eleonora Sara Jacoba Johannesse Heenk (1916-1945)
Hermanus Hendrikus Harsveld (1916-1945)
Willem Lodewijk Harthoorn (1910-1944)
Eike Koopman (1926-1944)
Lodewijk van der Heiden (1915-1945)
Geert Heikens (1891-1945)
Hermanus Held (1907-1944)
Antonius Wilhelmus van Hemert (1875-1945)
Arend van Herk (????-????)
Mari Johannes Antonius Hertog (1907-1944)
Adriaan Hes (1895-1945)
Adriaan Hes (1895-1945)
Thomas Albertus Antonius van den Heuvel (1906-1945)
Gerrit Antonij Hiddink (1902-1945)
Gerhard Johan Hillen (1914-1944)
Antonie Gerrit Guillaume van Hilten (1923-1945)
Dominicus Adrianus Hoeboer (1921-1945)
Jan Hoefman (1920-1944)
Willem Andries Hoek (1911-1942)
Johannes Philippus Hoek (1904-1944)
Theodorus Johannes Hoekstra (1924-1944)
Antoon Holkenborg (1925-1944)
Hendrikus Hondebrink (1889-1942)
Jacob Jan Hoogers (1924-1944)
Karel Johan van Hoolwerff (1910-1945)
Hendrik Jacob Hoornweg (1910-1943)
Richard Hoos (1915-1943)
Edmond Marie Hubert Ghislain Henri Houtappel (1901-1944)
Teunis Houtriet (1903-1944)
Egbert Johan van Houttum (1920-1944)
Jozef van Hövell van Wezeveld en Westerflier (1919-1945)
Jozef Felix Henri Marie van Hövell van Wezeveld en Westerflier (1919-1945)
Frederik Hovius (1898-1942)
Loltje van Puffelen (1898-1942)
Frederik Hovius (1898-1942)
Steven Huijnink (1891-1944)
Nicolaas Huiting (1900-1945)
Lammert Huizing (1916-1944)
Bernardus Johannes Hulshof (1921-1944)
Hilbrand Hummel (1922-1942)
Johannes Antonius van den Hurk (1906-1945)
Jacob Justius Antonius Indekeu (1890-1945)
Willem van Hasselt (1921-1945)
André René-de-Normandië s'Jacob (1921-1945)
Gerhardus Hendrikus Antonius Jagt (1904-1945)
Arnold Johann Jans (1922-1945)
Jan Martinus Jansen (1909-1945)
Hendrikus Theodorus Jansen (1911-1942)
Hubertus René Marius Jansen (1923-1944)
Pieter 't Jong (1922-1945)
Marinus Jongbloed (1902-1942)
Alle Jongbloed (1898-1944)
Marinus Jongbloed (1902-1942)
Leendert Persoon (1910-1945)
Cornelis Bins (1899-1945)
Aart Jonker (1899-1945)
Gerard Buijsing (1923-1945)
Willem Abraham Jonkheer Baud (1923-1945)
Wouter I van Joigny Heer van Château-Renard (1883-1945)
Cornelis Johan Jonkheer Sandberg van Leuvenum (1883-1945)
Felix Leopold Adriaan Julien (1903-1945)
Adrianus Antonius Kaatee (1921-1944)
Tjisse Kalverda (1923-1944)
Tjisse Meinderts Kalverda (1923-1944)
Arend van der Kamp (1917-1944)
Gerrit van Kampen (1912-1945)
Aart Karssen (1913-1944)
Maartje de Wit (1895-1943)
Hendrik Keesman (1895-1943)
Grietje Huisman (1895-1943)
Johannes Kerkhoff (1899-1944)
Johannes Kerklaan (1912-1943)
Henricus Vierkes (1887-1945)
Reijer Klarenbeek (1906-1945)
Nicolaas van Klaveren (1909-1945)
Pieter van Klaveren (1912-1945)
Petronella van Klaveren (1909-1945)
Nicolaas van Klaveren (1909-1945)
Pieter van Klaveren (1912-1945)
Pieter van Klaveren (1912-1945)
Nicolaas van Klaveren (1909-1945)
Pieter van Klaveren (1909-1945)
Abraham van Klaveren (1912-1945)
Pieter van Klaveren (1912-1945)
Nicolaas van Klaveren (1909-1945)
Pieter van Klaveren (1912-1945)
Trijntje Mulder (1909-1945)
Pieter van Klaveren (1912-1945)
Josephus Johannes Maria Klekamp (1918-1945)
Andries Knies (1916-1942)
Theodorus Lambertus Kniest (1911-1944)
Hendrik Koch (1883-1942)
Hendrik Jan Koeslag (1894-1944)
Lambertus Kok (1898-1942)
Frederikus Antonius van der Kolk (1898-1942)
Fredrikus Antonius van der Kolk (1898-1942)
Frederikus Antonius van der Kolk (1898-1942)
Klaas Koning (1921-1945)
Klaas Koning (1921-1945)
Marijtje Zuurbier (1891-????)
Gijsbertus van Kooij (1907-1944)
Willem Jacobus Kooreman (1916-1945)
Johannes Jacobus van Koperen (1920-1945)
Cornelis Koppes (1895-1944)
Pieter Korbee (1918-1945)
Jan Korpel (1909-1995)
Jakob Körsse (1916-1945)
Louis Karel Janssen (1910-1945)
Agatha Maria Johanna Koopman (1884-1942)
Johannes Korver (1884-1942)
Jan Koster (1902-1945)
Hendrik Sjoerds Koster (1897-1945)
Hendrik Sjoerds Koster (1897-1945)
Hendrik Sjoerds Koster (1897-1945)
Jakob Koster (1895-1944)
Hendrik Sjoerds Koster (1897-1945)
Frederik Hendrik Kraai (1897-1944)
Hendrik Kraaijenbrink (1886-1945)
Albert Kraal (1893-1945)
Carl Theodor Heinrich Kreidewolf (1876-1943)
Johann Krol (1920-1942)
Gerrit Willem Sneeloper (1924-1944)
Rende Hop (1924-1944)
Peter Jansz Velthoen (1924-1944)
Johanna Kruithof (1924-1944)
Jan Peter Bosch (1924-1944)
Zwaantje Jans (1924-1944)
Jacob Bosch (1924-1944)
Jacob Kruithof (1924-1944)
Heiltje Klaas (1924-1944)
Dirk Kruithof (1924-1944)
Peter Kruithof (1924-1944)
Jannetje van 't Slot (1924-1944)
Elisabeth Kruithof(f) (1924-1944)
Jan Hendrik Kuijt (1920-1943)
Jan Hendrik Kuijt (1920-1943)
Albertus Mattheus Kuiper (1918-1943)
Frans Kuipers (1918-1945)
Willemijntje van Kampen (1898-1945)
Woutertje Jansen (1899-1945)
Aaltje Teunisze van de Vlierd (1899-1945)
Willempje Jansen (1899-1945)
Jan van Ravenhorst (1898-1945)
Maatje van der Meiden (1899-1945)
Albertus Bloemendaal (1898-1945)
Gerard Lagerweij (1899-1944)
Sander Lagerweij (1898-1945)
Neeltje ter Maaten (1899-1945)
Rykje Hardeman (1898-1945)
Pieternella Catharina de Vries (1898-1945)
Evertje van Zoest (1899-1945)
Willem van Ravenhorst (1898-1945)
Heiko Lameijer (1917-1943)
Gerrit Hendrik Lammerink (1906-1945)
Hermanus Lammers (1920-1945)
Antonius Adrianus van Lamoen (1911-1944)
Johannes Baptistus Lanslots (1905-1944)
Johannes Baptistus Lanslots (1905-1944)
Meggelina Wijnands (1905-1944)
Abraham Ledeboer (1903-1944)
Cornelis Leijen (1915-1945)
Karl Wilhelm Lenke (1903-1945)
Hendrik Schuitemaker (1879-1944)
Maximiliaan Maria Michel Anthonie van Lignaud Graaf van Lussac (1879-1944)
Jan Petrus Lijding (1914-1945)
Marinus Anthonie Lindhout (1922-1944)
Hermanus van Linschoten (1918-1945)
Kornelis van Loon (1917-1944)
Hendrik van Losenoord (1895-1945)
Antonius Petrus Willebrordus van der Lugt (1903-1944)
Bartholomeus Johannes Lupker (1878-1942)
Bartholomeus Johannes Lupker (1878-1942)
Bartholomeus Johannes Lupker (1878-1942)
Geert Luttjeboer (1918-1944)
Hendrik van Maanen (1882-1942)
Cornelis ter Maaten (1899-1945)
Marcel Charles Octave Marie Robert Magnée (1910-1944)
Leonel Markgraaf van Moustier (1882-1945)
Philips Joseph Prins van Lobkowicz (1882-1945)
Daniël van der Mee (1898-????)
Jan Frank Meeboer (1906-1944)
Jacob Mees (1905-1944)
Jan Meesters (1911-1943)
Evert Meiling (1903-1944)
Wouter Meiling (1906-1944)
Klaas Mekking (1907-1943)
Gerrit Mes (1913-1945)
Gijsbert Meurs (1924-1945)
Johannes Mijdema (1893-1945)
Johannes Mijdema (1893-1945)
Johannes Mijdema (1893-1945)
Cornelis Mijnders (1917-1945)
Stijntje Langelaan (1903-1943)
Johannes Cornelis Minck (1884-1945)
Cornelis van Minkelen (1912-1944)
Daniël Willem Mobach (1924-1944)
Abraham Florus de Muijnck (1912-1944)
Enno Mulder (1911-1945)
Nicolaas Mulder (1911-1943)
Arent Winkel (1911-1945)
Enno Mulder (1911-1945)
Aart Mulder (1892-1945)
Adrianus Johannes Munckhof, van den (1923-1945)
Nicolaas Pieter Munk (1919-1943)
Aeilko Freerk Muntenga (1889-1945)
Johannes Jacobus de Nie (1896-1942)
Gerrit Nijkamp (1897-1942)
Jannes Noorman (1905-1945)
Jannes Noorman (1905-1945)
N.N. (1886-1942)
Marinus van Oeveren (1916-1945)
Aart Oldenhof (1917-1944)
Johannes Wilhelmus Olijhoek (1923-1944)
Jan Gerbrand van Ommen (1915-1945)
Berend in 't Hof (1916-1945)
Dirk Ooievaar (1901-1942)
Wilhelmus Hendricus Nicolaas Johannes Oomen (1896-1943)
Gijsbertus Bernardus van Orden (1905-1945)
Aart Jan Pieter Oskam (1921-1945)
Hidde van Otichem (1911-1944)
Emo Paapst (1919-1945)
Pieter de Pagter (1921-1944)
Reinder Cornelis Pals (1913-1944)
Johan Theodoor Papen (1894-1945)
Derk Jan Pardijs (1880-1945)
Antonius Gerardus Johannes (Tonny) Pas (1924-1944)
Emilius Matheus Pastyns (1901-1944)
Johan Christiaan Lodewijk Paul (1897-1945)
Antonius Maria Payralbe (1916-1945)
Pieter Penneweert (1896-1944)
Paulus Jacobus Penning (1923-1945)
Leonardus Hendrik Penninkx (1895-1944)
Gijsbertus P. Satijn (1913-1945)
Machiel Lambertus Piels (1902-1945)
Machiel Lambertus Piels (1902-1945)
Wouter Pietersma (1913-1945)
François Porhel (1921-1944)
Johannes Post (1894-1944)
Hendrik Jan Post (1924-1945)
Gerrit Pothoven (1903-1945)
Ytinus Gesinus Prins (1908-1942)
Ytinus Gesinus Prins (1908-1942)
Ytinus Gesinus Prins (1908-1942)
Albertus Cornelis (Bep) Prins (1922-1944)
Gerrit Jan Prinsen (1895-1945)
Peter Raaijen (1902-1944)
Pieter Radema (1922-1945)
Jan Ras (1918-1945)
Adriaan Jacobus Reijntjes (1918-1945)
Hendrik Sjoerds Koster (1730-????)
Evert Reintjes (1922-1944)
Evert Jan de Reus (1918-1943)
Peter Hubertus van Rhee (1922-1945)
Albertus Nicolaas Riebeek (1907-1945)
Willem Gerlofs Rienstra (1922-1945)
Adrianus Rodenburg (1886-1945)
Adrianus Rodenburg (1886-1945)
Klaas Rodenhuis (1916-1945)
Theo Roelof Roodvoets (1917-1944)
Willem Jacobus Roose (1899-1944)
Cornelis Minderhoud (1899-1944)
Adrianus Johannes Roovers (1890-1944)
Engelke Rops (1919-1945)
Petrus Hermanus Hendricus Rosielle (1924-1945)
Jan Rothuizen (1919-1945)
Roelof Ruiter (1901-1945)
Lucas Dam (1906-1945)
Gerardus Marinus van der Salm (1917-1944)
Cornelis Johan Sandberg (1883-1945)
Martinus Schaaphok (1922-1945)
Gerardus van Schaik (1881-1942)
van Schaik (1881-1942)
Gerardus van Schaik (1881-1942)
Arnoldus Lodewijk Schakel (1922-1944)
Leonardus Johannes Scheffelaar (1893-1945)

Erik Cornelis Scheffer (1915-1945)
Willem Jan ter Schegget (1888-1943)
Laurens van der Schleij (1892-1944)
Jan Jacob Cornelisz Suijk (1909-1943)
Jacob Schol (1909-1943)
Jacob Klaasz (Jaap) nX Schol (1909-1943)
Willem Scholten (1907-1944)
Lodewijk Leicht (1907-1944)
Willem Scholten (1907-1944)
Jacob Schoone (1909-1945)
Sijmen Schouten (1909-1945)
Lambertus Antonius van Vlaardingen (1923-1945)
Gerrit Schuitemaker (1923-1945)
Reint Roelf Schuur (1915-1945)
Antonius Petrus Paulus Schweigmann (1893-1945)
Pieter Seepma (1899-1945)
Leendert Serier (1918-1944)
Hendrik Jacobs Sevinga (1916-1944)
Dirk Sieling (1920-1945)
Jan Siep (1905-1945)
Peter Johannes Sijbers (1912-1942)
Marinus Simon (1897-1945)
Franqois Hubert Simonis (1899-1943)
Pieter Jansz Wijker (1906-1945)
Petrus Egbertusz (Pieter) Slijkerman (1906-1945)
Pieter Sloos (1923-1945)
Willem Cornelis Slot (1913-1945)
Luit Smit (1906-1945)
Jacobus Theodorus ♂ Snoeks (1898-1945)
Leonard Spek (1901-1945)
Leonard Spek (1901-1945)
Joseph Franciscus Anna Spijkers (1920-1945)
Hendricus Maria Joannes Anthonius Staamer (1887-1945)
Marrijgien Aalderink (1889-1942)
Leigje van der Steen (1910-1945)
Jacob van der Steen (1910-1945)
Arnoldus Geerlof Sterk (1879-1942)
Johannes Sterk (1913-1945)
Arnoldus Geerlof Sterk (1879-1942)
Arnoldus Geerlof Sterk (1879-1942)
Felix Paul van der Stok (1913-1945)
Johannes Marinus Stoof (1899-1944)
Johannes Jacobus Stouten (1915-1945)
Arnoldus Stuut (1924-1944)
Christiaan Petrus Adrianus Maria van Rooij (1923-1945)
Martinus Jacobus Suijs (1923-1945)
Gerridina Plaggemars (1921-1944)
Hubert Jozef Marie Suilen (1921-1944)
Johan Wytzius de Marees Swinderen, van (1888-1945)
Rudolf Tappenbeck (1898-1944)
Hendrikus van Teeffelen (1906-1942)
Stoffer Tent (1922-1945)
Willem Termaat (1898-1945)
Sytske Jans Holwerda (1898-1945)
Peel Termaat (1926-1945)
Johannes Arnoldus Tersteeg (ter Steeg, ter Steege ter Stege) (1890-1943)
Johannes Albertus Tervoert (1914-1944)
Johannes Gerardus Tesselaar (1908-1944)
Jan Teunissen (1923-1944)
Arien Thomassen (1886-1945)
Arend Tibben (1910-1945)
Monze Tigchelaar (1912-1944)
Cornelis Tijssen (1897-1944)
Jan Jacob van den Top (1912-1945)
Aart van Triest (1921-1945)
Johannes Maria Bernardus Troost (1922-1943)
Gerrit van der Tuuk (1917-1945)
Anton Carel Uelen (1922-1944)
Willem Uithol (1924-1945)
Pieter Johannes Urgert (1907-1945)
Gerrit Gerrits van der Veen (1918-1945)
Hijlke Watze van der Veen (1899-1945)
Willem Veldhuis (1897-1942)
Marten Veldhuizen (1911-1945)
Jetze Veldstra (1886-1945)
Sietse Veldstra (1923-1945)
Salomon Velleman (1922-1945)
Cornelis Johannes van Velzen (1904-1945)
Huig van Duijvendijk (1922-1944)
Joanna de Haas (1917-1945)
Neeltje Willems Heij (1917-1945)
Antonius Hendricus Verkroost (1917-1945)
Artie Verkroost (1917-1945)
Maria Sloot (1917-1945)
Elizabetha Schuilenburg (1917-1945)
Joannes van Oostveen (1917-1945)
Cornelis van Oostveen (1917-1945)
Pieternel van Dijk (1917-1945)
Gijsbertie Jans van Cooten (1917-1945)
Jan Sael (1917-1945)
Willemijntje van Oostveen (1917-1945)
Gerrit van Dobbe (1917-1945)
Gaston Jeroom Vermeulen (1894-1944)
Nicolaas Johannes Vermeulen (1920-1944)
Henricus Johannes Nicolaas Vernhout (1903-1944)
Jannes Vierwind (1912-1945)
Christiaan Johan Vinju (1903-1942)
Johannes de Visser (1914-1944)
Jan de Visser (1916-1944)
Evert Vliek (1901-1945)
Peter Vlijm (1923-1945)
Jacco (1923-1945)
Samuel Willem Alexander van Voërst van Lynden (1904-1945)
Antonius Maria Dominicus Vollebregt (1906-1944)
Hans Frederik de Voogd (1900-1943)
Peter de Vos (1912-1944)
Wilhelmus de Vries (1887-1942)
Hendrik de Vries (1920-1945)
Luppo Jan de Vries (1918-1945)
Arie Dionijsius de vroom (1891-1944)
Sijbrand de Waard (1901-1945)
Nicolaas Karel Jacobus van Waas (1886-1945)
Jozef van Waelderen (1889-1944)
Cornelis Wagenaar (1901-1945)
Jannes Christiaan Wainrich (1903-1945)
Petrus van Wanrooij (1919-1945)
Johannes Wassenaar (1924-1944)
Derk Jan Wassink (1924-1944)
Willem Webeling (1887-1942)
Andreas Fokko Wedda (1919-1942)
Hermanus Nicolaas de Weerd (1908-1945)
Luitzen van der Weij (1905-1945)
Johan Wendt (1910-1945)
David Werkendam (1890-1942)
Gerrit Westerink (1915-1944)
Christiaan Johannes Westhof (1900-1945)
Antonius Petrus van Westing (1912-1945)
Christiaan Herman Weststrate (1926-1945)
Lammert Jan Wever (1909-1944)
Jan Wiersma (1906-1945)
Willem Gerardus van Wijk (1912-1945)
Mees Wijnmaalen (1891-1942)
Aalt de Wild (1918-1944)
Jacob Willemszoon (1894-1945)
Johannes Theodorus Bernardus Wilmink (1904-1944)
Dirk Jan Wit (1922-1944)
Wybrandus de Wit (1889-1945)
Juda Worms (1898-1942)
Rudolphus Bernardus Gerhardus Wortelboer (1923-1945)
Pier van der Woude (1919-1944)
Alida Christina den Drijver (1923-1945)
George Jacob van Zijderveld (1923-1945)
Jan Zijlstra (1879-1945)
Gerrit Jan ten Zijthoff (1900-1945)
Maximilianus Zomerdijk (1890-1942)
Jelte Zuiderhoek (1913-1945)
Berend de Zwaan (1916-1945)
Tijmen de Zwaan (1926-1944)
Martinus Antonius Zwaard (1922-1944)
Reinier Hendrikus Zwanepol (1908-1944)
Willem Teunis van Zwetselaar (1926-1945)