Kamp De Vergulde Hand

Kamp De Vergulde Hand

 

Vlaardingen 

 

Interneringskamp ‘De Vergulde Hand’, dat van begin juli 1945 tot eind januari 1948 aan de Vlaardingse Maassluissedijk stond. Het bood in de loop van die paar jaar uiteindelijk plaats aan zeshonderd NSB’ers en andere collaborateurs.

 

In eerste instantie werd het kamp geleid door C. Wijman, adjudant van de Rijkspolitie te Water, die namens het Militair Gezag met de leiding belast was. Als ondercommandant wordt de naam van De Pater genoemd. Later werd het kamp geleid door Wout van Lent. De bewaking was in handen van oud-verzetsmensen of uit de Duitse kampen teruggekeerde Nederlandse politieke gevangenen onder wie veel mannen die het concentratiekamp Buchenwald hadden overleefd.
Om het kamp liep een sloot en aan de buitenkant hiervan was een afrastering van prikkeldraad De barakken waren geschakeld in een vierkant zodat alle loodsen met elkaar verbonden waren. Hoewel verschillende bronnen melden dat er aan de buitenzijde geen ramen zaten, zijn die op de enige tekening van het kamp, gemaakt door gedetineerde Teunis Keuzenkamp, wel te zien. Op de hoeken stonden in een diagonaal twee wachttorens, voorzien van zoeklichten. Voorts waren er ook nog lampen op het binnenterrein en in de slaapverblijven brandde de verlichting de gehele nacht. Op de tekening is slechts één toren te zien. In het begin had het kamp geen elektriciteit. Daarvoor moest een leiding getrokken worden vanaf het gebied waar nu de Firma Beelen haar activiteiten uitoefent. De gleuf waarin deze leiding kwam te liggen moest door de gedetineerden worden gegraven