Kamp de Bruine Enk

NAD 225

Nunspeet

Kamp De Bruine Enk (soms ook genoemd: De Bruine Eng) was een werkkamp aan de Hullerweg te Nunspeet, gebouwd in het kader van de werkverschaffing door de Rijksdienst voor de Werkverruiming (1939-1945).


Eind september 1940 naderde de bouw van de barakken van het kamp zijn voltooiing. In ieder geval werd het kamp vanaf november 1940 bewoond. Er was in 1941 woonruimte voor 120 bewoners. Deze kampbewoners werden bij projecten van de Heidemij tewerkgesteld, onder andere bij Vierhouten. Naast de woonverblijven en de beheerderswoning was er een kantinegebouw.

 

Joodse periode
De eerste schriftelijke bewijzen van het gebruik van het kamp voor het interneren van Joden dateren uit september 1942. Het kamp is in die periode feitelijk in gebruik geweest als buffer voor kamp Westerbork. Joodse mannen werden in die periode als dwangarbeiders ingezet bij de Heidemij. 

In de nacht van 2 op 3 oktober 1942 (Jom Kipoer) werden alle Joodse mannen uit de werkkampen, zo ook die uit kamp De Bruine Enk, naar kamp Westerbork afgevoerd. De kampbewoners kwamen en vertrokken via Station Nunspeet. Over het gebruik van het kamp na het vertrek van de Joden is weinig bekend.


Over de naoorlogse bestemming van het kamp De Bruine Enk is weinig bekend. In de jaren na de oorlog werd dit terrein korte tijd in gebruik genomen als sportveld. Nadien is er op het vroegere kampterrein een handelsonderneming (autosloperij) gevestigd. De boerderij De Bruine Enk staat er nog, maar de naam is van de gevel verdwenen.

 

 

Zie ook Werkkamp de Bruine Enk

(Joodse werkkamp)